Deze zin komt geregeld langs en is één van de redenen waarom Joden niet in Jezus geloven als Messias. Als je om je heen kijkt dan kunnen we concluderen dat dit inderdaad nog niet gebeurt is. Met de nadruk op het woordje ‘nog’ niet. Sterker nog, de Heere Jezus werd beschuldigd en uiteindelijk bestraft met de kruisdood. Dit komt niet in de buurt van het terugbrengen van de stammen van Israël. Maar hoe kan dit nou? Waarom zijn zovelen profetieën wel uitgekomen omtrent Jezus en waarom deze specifieke niet? Is er dan iets fout gegaan in Gods Woord of in de geschiedenis? Jezus werd geboren in Bethlehem. (Mich.5:1) Jezus is geboren uit een maagd. (Jes.7:14) en natuurlijk de overbekende profetie uit Jesaja 53 dat gaat over de lijdende Knecht. We geloven in de Heere Jezus omdat zovelen profetieën in Hem vervuld zijn. Het Zijn zoveel puzzelstukjes die op zijn plaats liggen, dat we bijna het hele plaatje kunnen zien. En op deze manier is onze Christelijke doctrine ontstaan. Onze doctrine gaat meestal over onze verlossing van de zonden en het verkrijgen van het eeuwige leven en de heiligmaking. Maar het gaat ‘bijna’ nooit over het herstel van Israël. Terwijl dit ook hoort bij de taak van de Messias van Israël, waarvan wij geloven dat de Heere Jezus dit is.

Kunnen we in het Nieuwe Testament iets vinden wat betrekking heeft tot het bijeenbrengen van de stammen van Israël? Ja zeker! Dit gebeurt juist op het moment dat de Farizeeën en de overpriesters de raad bijeen roepen en besluiten om Jezus te doden. Dit moet ons aan het denken zetten. Johannes 11:47-48 De overpriesters dan en de Farizeeën riepen de Raad bijeen en zeiden: Wat doen we? Want deze Mens doet vele tekenen. Als wij Hem zo laten begaan, zullen allen in Hem geloven, en de Romeinen zullen komen en onze plaats en onze natie van ons wegnemen. De Joodse raad was bang dat de Romeinen Jezus als bedreiging zouden gaan zien en dat ze daardoor hun ‘beloofde’ land zouden kwijt raken. Dan zou Gods belofte compleet in duigen vallen… Als Jezus die beloofde Messias zou zijn, dan kon Hij geen bedreiging vormen voor de Romeinen, dan zou Hij de autoriteit moeten hebben gehad om het Koningschap aan te gaan. Nee, het tegenovergestelde is waar. Dat lezen we in het vervolg. Johannes 11:49-50 Maar een van hen, Kajafas, die de hogepriester van dat jaar was, zei tegen hen: U weet niets, en u overweegt niet dat het nuttig voor ons is dat één Mens sterft voor het volk, en niet heel het volk verloren gaat. Kajafas wist niet dat hij profeteerde en hierin zien we Gods Almacht. Zijn wijsheid is velen malen hoger en groter dan onze menselijke wijsheid. Zelfs de tegenstander van de Messias wordt ingeschakeld om een deelnemer in Zijn plan te zijn. Het is inderdaad beter dat de Messias zou sterven om het volk te redden. Niet alleen te redden van de Romeinen, maar te redden uit de klauwen van de vorst der duisternis, de Satan, die de hele wereld in zijn hand heeft.

Johannes 11:51-53 Dit zei hij echter niet uit zichzelf, maar als hogepriester van dat jaar profeteerde hij dat Jezus sterven zou voor het volk, en niet alleen voor het volk, maar ook om de kinderen van God, overal verspreid, bijeen te brengen. Vanaf die dag dan waren zij vastbesloten om Hem te doden. De raad had DE reden gevonden om Hem te doden. Ze dachten dat dit een legale reden zou zijn, want dit was ten bate voor het land en volk. Terwijl Johannes, de schrijver van het Evangelie, een zeer opvallende uitspraak doet. Hij verklaard dat de hogepriester profeteerde zonder dit zelf te weten en dat Jezus niet alleen zou sterven voor het volk, maar ook om de kinderen van God, die overal verspreid zijn, bijeen te brengen. Jezus stierf dus ook om Zijn kinderen bijeen te brengen. Dit is een verloren gedachte in de christelijke wereld. Waar vinden we deze gedachte nog meer terug? Mattheüs 23:37-39 Jeruzalem, Jeruzalem, u die de profeten doodt en stenigt wie naar u toe gezonden zijn! Hoe vaak heb Ik uw kinderen bijeen willen brengen, op de wijze waarop een hen haar kuikens bijeenbrengt onder haar vleugels; maar u hebt niet gewild! Zie, uw huis wordt als een woestenij voor u achtergelaten. Want Ik zeg u: U zult Mij van nu af aan niet zien, totdat u zegt: Gezegend is Hij Die komt in de Naam van de Heere! De diepste wens van de Heere Jezus is om Zijn volk bijeen te brengen. Maar Zijn volk wilde niet. En dan zegt Hij iets heel opvallends. Ik kom pas terug als jullie dit wel willen. Dit is de voorwaarde voor Zijn wederkomst. Hij wacht met uitgestrekte hand op Zijn volk, maar niet alleen op Zijn volk, Hij wacht op al Zijn kinderen, niet alleen Zijn Joodse kinderen.

Jozef, een afspiegeling van de Messias

In Israël wordt wekelijks de parasja gelezen. Dit is een bepaald gedeelte uit de Torah (vijf boeken van Mozes). Afgelopen week lazen we het verhaal van Jozef die door zijn broers verkocht werd. Eerst wilde ze hem vermoorden uit jaloezie. Het is niet moeilijk om dit verband te leggen met de Heere Jezus. Hij werd vermoord uit jaloezie. Jarenlang was Jozef van de radar. Jezus is al tweeduizend jaar van de Joodse radar. Ze wisten niet eens of Jozef nog leefde. Misschien waren ze hem wel vergeten. Het buigen voor Jozef was geen optie meer, Jozef was weg voor eens en altijd. Na jaren in stilte in Kanaän gewoond te hebben, begint er een forse hongersnood. Ze horen dat er in Egypte eten te koop is. Dus stuurt Jacob zijn zonen op pad om brood te kopen. Zonder dat ze het weten, worden ze door Jozef geholpen en beproefd. Hun honger wordt gestild en hun harten worden getest. Hun geweten begint te spreken nadat Jozef hen verschillende keren beproefd. Ze worden verzorgd door hun broer, die zij jarenlang hebben laten lijden in gevangenissen. Dit is het Evangelie. Gods liefde voor zondaren.

Nadat zijn broer Benjamin ook aangekomen is, houdt Jozef het niet meer vol om zich verborgen te houden. “Ik ben Jozef, leeft mijn vader nog?” Overrompeld en beschaamd staren ze hem aan. Ze konden geen woord meer uitbrengen. En dan komt Gods hart uit Jozefs mond: Genesis 45:4 Jozef zei tegen zijn broers: Kom toch dichter bij me! En zij kwamen dichterbij. Toen zei hij: Ik ben Jozef, jullie broer, die jullie naar Egypte verkocht hebben. “KOM TOCH DICHTER BIJ ME!” Wat een liefdevolle uitnodiging om zijn broers te verzamelen. Deze woorden zijn gericht tot al onze harten. Jezus zegt: “Komt allen die vermoeid en belast zijn en Ik zal u rust geven.” Vanuit deze liefde mogen we dienen onder het Joodse volk. Kom toch dichterbij Jezus, het is jullie Broer! Hij is voor jullie gestorven om het land en volk Israël voor eeuwig te redden, om ons allen bij elkaar te brengen.

Jezus verlangd ernaar om Zichzelf bekend te maken aan Zijn volk, maar ook aan ons persoonlijk. Wie op zoek gaat naar brood, zal brood vinden…

Voor de christenen is er een andere boodschap. Besef je wel dat de Heere Jezus ook jou bijeen wil brengen? Of heb je niks met Israël? De bruiloft gaat plaatsvinden in Jeruzalem, niet in Amsterdam of de op de Veluwe. Ook wij hebben heel veel openbaring nodig om de Bijbel weer te begrijpen. Kunnen we onze Joodse medemens uitleggen waarom Jezus niet gelijk het Koninkrijk van Israël herstelde? Ook voor de Christenen geldt: “KOM TOCH DICHTERBIJ ME! Ik ben Jezus de Messias van Israël en Ik wil ook jou bijeenbrengen.”

Een zegengroet vanuit Mevaseret Zion,

Gert